Home Kennisbank Alarmsystemen

Vals alarm voorkomen bij alarmsensoren

Updated on Sep 24, 2025

Een vals alarm kan behoorlijk vervelend zijn. Niet alleen voor jezelf, maar ook voor buren of een meldkamer. Vaak ligt de oorzaak bij het verkeerd plaatsen of onjuiste instellingen. In dit artikel lees je hoe je valse alarmen kan voorkomen en het alarmsysteem betrouwbaarder maakt.

Oorzaken van valse alarmen

Een vals alarm ontstaat meestal doordat een sensor beweging of warmte waarneemt die geen daadwerkelijke inbraak is. Dit kan te maken hebben met:

  • Tocht of luchtstromen die gordijnen of planten laten bewegen.
  • Zonnestralen die reflecties of plotselinge temperatuurwisselingen veroorzaken.
  • Huisdieren die langs een bewegingsmelder lopen.
  • Te gevoelige instellingen van de detector.
  • Kachels of andere warmtebronnen.

En als laatste de meest voorkomende: ongedierte zoals spinnen of andere insecten.

Plaatsing van sensoren

Een goede plaatsing is cruciaal om valse meldingen te voorkomen. Let op de volgende punten:

  • Plaats sensoren niet direct tegenover ramen waar zonlicht naar binnen schijnt.
  • Vermijd plekken met ventilatieroosters, kachels of airco’s.
  • Zorg dat gordijnen en planten niet in het detectieveld hangen.

Instellingen van de sensor

Naast de plaatsing spelen de instellingen een belangrijke rol. De meeste moderne sensoren hebben opties voor:

  • Gevoeligheid: stel dit zo in dat kleine bewegingen niet direct een alarm geven.
  • Dubbel puls: stel een bewegingssensor altijd in op dubbel puls. Dit heeft geen invloud op personen maar zeker wel op kleinere bewegende dingen.
  • Detectiezones: beperk het detectiegebied tot de relevante delen van de ruimte.

Huisdieren en sensoren

Heb je huisdieren? Kies dan voor diervriendelijke sensoren. Deze negeren bewegingen onder een bepaald gewicht (bijvoorbeeld 10 of 25 kg) volgens de beschrijving.

Kilo's uitfilteren kan in het echt niet. Het is meer een soort van indicatie. Het maakt eigenlijk een soort van onderkruipgebied. In dit gebied detecteerd deze geen kleine  huisdieren. Klimt een kat op een kast dan gaat de sensor gewoon in alarm.

Let ook op de plaatsing:

  • Plaats de sensor op plekken waar huidieren niet komen.
  • Test de instellingen goed en pas zonodig de gevoeligheid verder aan.

Dual-tech en buitenmelders

Voor extra betrouwbaarheid kun je kiezen voor dual-tech sensoren. Deze combineren twee technieken, bijvoorbeeld infrarood (PIR) en radar. Een alarm wordt pas geactiveerd als beide technieken beweging detecteren. Dit vermindert de kans op valse alarmen aanzienlijk. Voor buitensensoren geldt:

  • Zorg voor een hoge IP-waarde (minimaal IP65).
  • Plaats de sensor zo dat bewegende takken of voorbijrijdende auto’s geen meldingen veroorzaken.

Conclusie

Met de juiste plaatsing, instellingen en sensor-keuze kun je het aantal valse alarmen tot een minimum beperken. Kies voor kwalitatieve sensoren en detectoren en gebruik waar nodig een bedieningspaneel om instellingen eenvoudig aan te passen. Zo maak je je alarmsysteem betrouwbaarder én gebruiksvriendelijker.